Opwinding deze dagen onder wetenschapsjournalisten, columnisten en bloggers: het NOS Journaal had een item over sociale-mediastress waar een luchtje aan zat. En dat bracht weer de veelgevoerde discussie op waarom de NOS geen wetenschapsredactie heeft (zoals de BBC)? En meteen ook de aloude reflex van de hoofdredacteur om in eerste instantie de deur dicht te gooien: nergens voor nodig, niks aan de hand, doorlopen mensen. Alleen deze keer lijkt het toch even anders: de discussie dwong de hoofdredacteur om op DNR, maar ook op zijn eigen blog gedetaileerder op de kritiek te reageren.
Kernvraag
En dat geeft volgens mij een kans de discussie een keer constructief te voeren en daarbij is volgens mij de kernvraag: ‘wat gaat er dan eigenlijk precies mis, en hoe is dat op te lossen?’. In alle eerlijkheid: mij lijkt een wetenschapsredactie bij de NOS even geweldig als onrealistisch, maar ik zou het al een stap vooruit vinden als er wat redacteuren aangenomen werden die een beta-achtergrond hebben. (Ik heb alleen zicht op dit proces in de ‘beta’-hoek, dus beperk ik me daar even toe – al gaat deze discussie over wetenschap in bredere zin).
Uitvoering
Als eerste valt me op dat het lijkt alsof de fronten twee verschillende discussie voeren. De redactie van het journaal stelt dat het hun taak is om complexe onderwerpen voor een breed publiek begrijpelijk te maken. Daar heb je geen wetenschapsredactie voor nodig, dat moet elke journalist kunnen vanuit het adagium ‘als ik het niet snap, snapt het publiek het ook niet’. Vanuit dat blikveld is er geen probleem – alleen incidenten. Die invalshoek snap ik nog wel, want de (ad hoc) uitvoering van een wetenschapsonderwerp vaak best naar tevredenheid (zie bijv het verhaal over Majorana’s).
Selectie
Maar daar ligt volgens mij de kern van de kritiek niet: die gaat over de selectie, over de keuzes die het NOS Journaal maakt, over het te beperkte vermogen van de redactie om zelf goed te kunnen inschatten of iets nieuws, oud nieuws of verkapte reclame is. En over het gebrek aan geheugen, bijv de berichtgeving over CERN waarover ik al eerder schreef.
In de praktijk vertrouwt de redactie van de NOS op haar netwerk van contacten, bijvoorbeeld in universiteiten. Op zichzelf is daar niet zoveel mis mee, maar het is kwetsbaar. Ten eerste omdat ‘de redactie’ op zichzelf geen netwerk heeft. Redacteuren hebben een netwerk, en dat wil zeggen dat sommige een heel goed netwerk hebben en anderen minder/niet. En omdat wetenschap bij de NOS geen specialisme is (dus bij iedereen kan ‘landen’) loopt ze daarmee risico. Ten tweede is het sterk leunen op externe deskundigheid op zichzelf een risico: die deskundigheid heeft een eigen belang. Het verhaal over sociale-mediastress is een mooi voorbeeld. Daar wilde de deskundige graag aandacht voor het onderwerp, dus voldeed hij niet aan zijn verwachte rol van ‘onafhankelijk check’. En dat is, uiteraard, zijn volstrekte recht en laat zien dat je niet blind kunt varen op je externe netwerk – enige zelfreclectie had de hoofdredacteur hier wel gesierd vind ik.
Kwetsbaarheid
Die kwetsbaarheid zou de NOS enorm verminderen met een eigen wetenschapsredactie, redacteuren die het wetenschappelijke bedrijf kennen, kunnen duiden en een wetenschappelijke publicatie van A-Z kunnen lezen. Maar dat is niet realistisch: voor de NOS is wetenschap geen ‘apart onderwerp’, zoals politiek, economie, medisch of klimaat. Dat mogen we jammer vinden, maar dat is hun duidelijke keuze. Maar wellicht is er wel een tussenoplossing mogelijk: het zou al heel veel helpen als de redactie een paar algemene redacteuren hadden met een beta-achtergrond (en vooral: liefde voor statistiek). Een paar mensen die de rest van de redactie als intern klankbord zouden kunnen gebruiken, waarmee je de externe afhankelijkheid een beetje vermindert. Het blijft altijd nodig om externe deskundigen te raadplegen, maar dan sta je een stuk sterker tegenover de valkuilen en mobiliseer je interne kritiek. Mijn ervaring is dat je in razendsnel in zo’n rol kunt groeien: wellicht ontstaat er dan spontaan een soort wetenschapsredactie, en na een paar jaar kun je niet meer zonder.
Dialoog?
Tot nu toe had het hebben van een beta-achtergrond bepaald geen toegevoegde waarde op de redactie, voor zover ik kan inschatten. Wellicht kunnen we dat een beetje laten kantelen? Ik hoor ook signalen dat bij de NOS redactie best ruimte is voor die gedachte, in ieder geval heeft de discussie de aandacht van de redactie en dat is al winst – een beetje. Wellicht kunnen we er over met ze in gesprek, en een paar geschikte kandidaten bedenken, voor als er een vacature vrijvalt? In ieder geval: als we het echt beter willen, ligt er nu een kans. Nog meer ‘fittie’ vanuit de loopgraven is leuk, maar brengt ons niet verder.
Michel
Photo by Alex Knight on Unsplash
Wilde als beta die redacteur is bij de NOS werkt toch even zwaaien als reactie op dit stuk. Hierbij.
Vergeef me die kromme zin. Tikte het op mijn telefoon en zag niet het complete tekstveld.
@elger
dank! Maar dan ben ik ook benieuwd wat je van deze discussie vindt?
@Michiel: Heb het i.v.m. vakantie maar half gevolgd. Daarnaast weet ik niet of mijn mening nu direct meerwaarde heeft als ik die hier plaats. Gaan mensen direct van alles aan koppelen, omdat ik bij de NOS werk.
Wat ik wil kan zeggen is dat ik een voorstander ben van een mix van mensen met verschillende achtergronden in een journalistieke organisatie. En dat gaat van leeftijd, geslacht, afkomst enzo tot ook iemands vooropleiding. Een goede mix van afgestudeerden journalisten en vakmensen uit allerlei richtingen met journalistiek talent is een must binnen het vakgebied.
Al hoewel ik het in grote lijnen met de auteur eens ben, wordt in het artikel iets te gemakkelijk de vergelijking gebruikt dat wetenschap = bèta. Nu ben ik zelf een bèta, dus ik weet hoe verleidelijk dit is.
Bij het Journaal zouden redacteuren moeten werken die data op hun juste waarde weten te schatten. Dat kunnen wat mij betreft best mensen uit de alpha- of gammahoek zijn.
Of is het artikel misschien een verkapte sollicitatie?
@Hans
Dat is niet de bedoeling. Mijn contacten met het NOS journaal gaan over beta, dus daar kan ik iets over zeggen. Wellicht geldt het betoog voor wetenschap in het algemeen, maar dat kan ik niet overzien. Feit is dat ik een bias heb in deze discussie en daarom benoem ik dat ook.
En nee, voor je laatste suggestie zou ik heel andere -onzichtbare- wegen bewandelen… 😉