Afgelopen donderdag las ik tijdens de Unconference van SciencOnline Leiden een –fictieve- boze brief voor van John de Mol voor. Waarom had niemand hem gebeld om een TV programma te maken over de wetenschapsagenda? Als iemand in staat is om een breed publiek te betrekken en te laten meebeslissen (Big Brother! The Voice!), dan is hij het wel- volgens hemzelf. En niet, aldus De Mol, ‘die eeuwige Matthijs van Nieuwkerk’. Het was de ludieke opmaat voor een serieuze opdracht in een door Hermen Visser en mij geleide workshop: bedenk voor John de Mol een format, liefst multimediaal, dat een breed publiek echt betrekt en echt laat meebeslissen over wetenschap.
Daar kwamen leuke ideeen uit. Vooral de derde ‘pitch’ bracht een brede grijns op mijn gezicht: ‘So you think you can Ask!’. Niet wie doet het belangwekkendste onderzoek, maar… wie stelt de beste wetenschappelijke VRAAG?
Kloof
Hoewel Hermen en ik de ambitie van de wetenschapsagenda om de kloof tussen wetenschap en samenleving wat te dichten heel goed vinden, vroegen wij ons af of de gekozen vorm wel optimaal werkt. Veel vragen die het publiek heeft gesteld zijn geen bruikbare wetenschappelijke vragen. Het antwoord is al lang bekend, of het valt niet zinvol te onderzoeken. En dat is best jammer, want dan is het lastig die ambitie te realiseren. Dus dachten Hermen en ik: als we nou eens tien miljoen euro onderzoeksgeld zouden krijgen van een fictieve weldoener, zouden de deelnemers aan die workshop dan een format voor John de Mol kunnen verzinnen om het publiek intensiever te betrekken en zeggenschap te geven over de vraag hoe dat geld aan wetenschap te besteden?
Een goede vraag
Uit de workshop kwamen gave ideeën. Voor mij persoonlijk de inspirerendste was het idee om de aandacht te richten op de vraag, en niet op het mogelijke antwoord 1. Dat is een sterk idee, vooral omdat je kunt voortborduren op de vragen die al in de wetenschapsagenda zitten. Je kunt dan beginnen met vragen die getuigen van oprechte betrokkenheid, maar die zo gesteld zijn dat de wetenschap er niets mee kan. De wetenschapsagenda zit daar vol mee. Neem vervolgens de vragensteller eens op sleeptouw langs de wetenschap. Het moet wel TV worden, he, dus liefst aan de hand van een brutaalkees van het type Valerio, Frans Bauer, Jan Smit. Samen duiken ze in de wetenschap rondom de vraag.
Klimaatverandering
Neem als voorbeeld eens de vraag ‘Kan de opwarming van de aarde worden gestopt als je alle daken wit maakt?’, die in de wetenschapsagenda zit. Met die vraag kan de wetenschap weinig, het antwoord is ‘nee’ (lijkt me). Maar het kan wel de start zijn voor een tocht langs wolkendeskundigen om te praten over het effect van wolken op ons klimaat, want de reflectie van wolken is wel heel belangrijk als het over opwarming gaat; langs energiedeskundigen om te praten over hoe de mens bijdraagt aan klimaatverandering; of langs geologen om te praten over geo-engineering, ofwel sleutelen aan onze klimaatsystemen (en dan ajb ook langs ethici om te praten over de enorme risico’s daarvan). En langs een paar leuke inzichtelijke natuurkundeproefjes. Om uiteindelijk, hopelijk, te komen tot een echt goede en volgens de vragensteller belangwekkende, wetenschappelijke vraag.
Doe dat nou eens tien keer, stuur tien Bekende Nederlanders met vragenstellers uit het publiek op zo’n zoektocht en je hebt tien wetenschappelijk zeer relevante en goede vragen van het publiek, met elk een BN’er als ambassadeur. Daarna mag dat publiek stemmen: voor welke vraag reserveren we extra geld?
So You Think You Can Answer?
En daar is het nog niet eens mee af: na ‘So You Think You Can Ask’ doen we ‘So You Think You Can Answer!’: wetenschappelijke groepen mogen een plan indienen om op zoek te gaan naar een antwoord op de uitverkoren vraag (uiteraard, het is TV, wederom een BN-er naar keuze als ambassadeur), en wederom mag het publiek stemmen wie het onderzoeksgeld krijgt.
Niet alleen lijkt me dat je het brede publiek zo intensief betrekt bij wetenschap, het lijkt mij ook een uitstekende manier om een breed publiek meer inzicht te geven in hoe wetenschap werkt en wat de mogelijkheden – maar vooral ook de beperkingen- van wetenschappelijk onderzoek zijn. En dat lijkt me zeker zo belangrijk.
Toch die John de Mol eens bellen…?
Michel
1 grappig genoeg ontstond dat idee omdat de groep de opdracht anders had geïnterpreteerd dan door ons bedoeld. Goede ideeën ontstaan wel vaker uit misverstanden…